De grot
DE GROT
Er was eens een donkere grot die diep onder de grond lag, aan het oog onttrokken. Omdat hij zo diep onder de grond lag, was er nog nooit licht doorgedrongen. De grot had nooit licht gezien. Het woord ‘licht’ had geen betekenis voor de grot, die zich niet kon voorstellen wat ‘licht’ zou kunnen zijn.
Toen op een dag stuurde de zon een uitnodiging naar de grot om naar boven te komen en hem te bezoeken.
Toen de grot boven kwam om de zon te bezoeken, was hij stomverbaasd en verrukt, want de grot had nooit eerder licht gezien en hij kon gewoon niet over deze ervaring uit.
Als dank voor het feit dat de zon hem voor een bezoek had uitgenodigd, wilde de grot iets terugdoen en nodigde dus de zon uit om een keer naar beneden te komen om hem te bezoeken, omdat de zon nooit duisternis had gezien.
Zo brak de dag aan dat de zon omlaag kwam en hoffelijk in de grot werd binnengelaten.
En terwijl de zon de grot binnenging, keek hij heel belangstellend om zich heen, benieuwd hoe ‘duisternis’ eruit zou zien. Toen vroeg hij verwonderd aan de grot:
“Waar is de duisternis?”
Reacties
Een reactie posten