Acceptatie
De controlezucht van de menselijke geest is onverbeterlijk.
Zelfs het loslaten van controle wil hij onder controle krijgen. Zelfs acceptatie, overgave en ‘niets doen’ probeert hij toe te passen, alsof het om vaardigheden gaat die je zou kunnen leren en beoefenen.
Het verstand heeft de neiging om van alles wat het ontdekt direct een strategie of techniek te maken om iets te bereiken (of om ergens van af te komen).
Zodra je echter van iets als acceptatie een strategie maakt, is non-acceptatie alweer via de achterdeur naar binnen geslopen.
Wat is anders je motivatie om iets te accepteren?
Acceptatie kan nooit een vaardigheid of oefening zijn. Het woord ‘accepteren’ als werkwoord is eigenlijk absurd, want een werkwoord suggereert dat je het kunt ‘doen’.
Het begrip heeft alleen maar betekenis als zelfstandig naamwoord, want acceptatie is niet een doen, het is de afwezigheid van een doen, het is de afwezigheid van verzet.
Zodra er geen verzet is, is er acceptatie.
Acceptatie is de essentie van wat je al bent, het is je allereerste gegeven: het stille bewustzijn dat onpartijdig en zonder oordeel ruimte geeft aan Ɣlles wat er in je opkomt.
Zelfs je verzet is welkom.
Vaardigheden behoren tot het terrein van het ego, de doener, en als ego kun je niet accepteren, het ego is per definitie verzet.
Het wil iets of het wil iets niet.
Er is altijd een belang, een agenda.
Ego maakt altijd de beweging van grijpen of wegduwen. Als er sprake is van werkelijke acceptatie, dan komt dat altijd vanuit een diepere plek.
Daar verliest zelfs het woord acceptatie zijn betekenis omdat wel of niet accepteren helemaal niet aan de orde is.
De dingen zijn gewoon zoals ze zijn en er is simpelweg geen oordeel.
Het begrip acceptatie suggereert ergens nog een subtiel oordeel: okƩ, ik wil dit eigenlijk niet, maar goed, ik accepteer het.
Dat is geen acceptatie, maar berusting.
Reacties
Een reactie posten