EENHEID IN VERSCHEIDENHEID
EENHEID IN VERSCHEIDENHEID
Een meester ging eens met negen leerlingen een ochtendwandeling maken, terwijl de dauw nog over het land lag. Na enige tijd brak de zon door. De dauwdruppels schitterden dat het een lieve lust was.Bij een grote dauwdruppel, liet de meester halt houden. Hij schaarde zijn leerlingen zo rondom de druppel dat de zon erop bleef schijnen en vroeg hen toen welke kleur de druppel had.
‘Zilverwit’ zei de eerste, ‘Oranje’ de tweede. ‘Geel’ de derde, ‘Paars’ de vierde, ‘Blauw’ de vijfde, ‘Bruin” de zesde, ‘Groen’ de zevende, ‘Rood’ de achtste. En de negende zei: ‘Goud’.
Ze stonden verbaasd over deze verschillen en aangezien ze er allen zeker van waren dat ze het goed zagen, kregen ze bijna ruzie. Toen liet de meester hen enige keren van plaats wisselen. En heel langzaam drong het tot hen door dat zij - ondanks de verschillen in hun waarneming - toch allen de waarheid hadden gesproken.
En de meester sprak:
“Hoe je de waarheid ziet, hangt af van de plaats die je in het leven inneemt – zoals je zo even een deel van het licht hebt gevonden en dat voor de volle waarheid aanzag. Laat je medemensen in volle vrijheid hun eigen weg bewandelen, hun eigen plaats innemen, en hun eigen deel van het licht waarnemen.
Je hebt alle waarheden nodig, want allen tezamen vormen zij het werkelijke licht, de volle waarheid. Tot gij zelf Ć©Ć©n van de groten bent geworden en de negen kleuren in Ć©Ć©n kunt waarnemen, zult gij bij iedere wedergeboorte een ander standpunt innemen en de waarheid op een andere manier zien. Wees daarom niet alleen tolerant – want dat is slechts het dulden van een andermans mening -, maar wees blij dat er andere meningen zijn.
Zolang gij zelf nog niet het volle licht kunt zien, hebt gij je medemensen nodig om de volle waarheid te leren kennen”.
Reacties
Een reactie posten