Afferden: bloesem, water en oud land
EROP UIT met Koos Smedes
[geknipt voor u uit: Algemeen Dagblad – 19 april 1991]
Eén van de vele legendes in het Gelderse Afferden gaat over de verdwenen burcht De Knodsenburg. Het kasteel moet al rond 1387 zijn gesloopt. De droeve resten kwamen bij de zoveelste dijkdoorbraak onder water te staan en daarin is geen verandering meer gekomen. De dijk werd weliswaar gedicht, maar loopt nu met een brede boog om de plaats heen, waar de Knodsenburg-ruïne was gelegen en waar ook de bres werd geslagen. Op zo’n plek ontstaat door het woelende water een meters diep meertje, dat meestal binnendijks ; achterblijft. Elders wordt dat een wiel genoemd (afkomstig van ‘woelen’); hier spreekt men van een ‘waai’. Bij vorst, als het meertje met helder ijs i is bedekt, zou de ruïne | te zien zijn. Althans zo l wil het nooit bevestig\ de verhaal. „Maar”, zo wordt er altijd bij gezegd, „je moet er wel met je neus voor op het ijs gaan liggen.” Ik rijd langs Tiel en over de tolbrug naar eerst Druten en dan naar het kleine zo’n 1000 inwoners tellende Afferden, met hier en daar wat bloesem. Streekhistoricus Johan van Os wijst mij de weg. Ik rem tijdig af als ik het eerste naambord van het dorp zie, om daarna voorzichtig linksaf te slaan naar de hoog boven ons gelegen wild slingerende Waalbandijk. Dat is op het punt waar cafetaria De Tabaksplant herinnert aan de vroegere tabakscultuur alhier. Moordkruis We tuffen de dijk op en slaan bij het kleine stenen kruis rechtsaf. Van Os wijst: „Dat is het moordkruis”, zegt hij. „Er zijn vaag een kelk en een hostie op te zien. Het zou herinneren aan de Franciscaner monnik Fidelis die twee vechtende ridders wilde scheiden en daarbij zelf werd doodgeslagen.” Ik manoeuvreer voorzichtig. De Waalbandijk is smal en bochtig. Elke bocht herinnert aan een dijkdoorbraak. Links ligt ruig land met riet, wilgen en waterig weiland. Rechts, diep onder ons en nabij oude panden, glinsteren de kleine meertjes in een krans van bomen (ook bloeiende fruitbomen) en struiken. „Dit stuk van pakweg drie kilometer is zó uniek”, aldus Van Os, „dat het tot natuurmonument wordt verklaard. Men gaat de dijk niet verzwaren maar zet er een nieuwe vóór. De aanzet daarvan is iets verderop, links, al te zien.” „Eigenlijk moet je hier lopen en niet rijden”, zeg ik. Van Os knikt. „Zeker in de weekeindes is hier te veel verkeer”, antwoordt hij. „De mensen kunnen de auto beter beneden laten staan.” Hoe jammer We rijden verder. Rechts ligt de eerste waai al, met op de bodem de ruïne van de Knodsenburg. Diep in het land staat, alweer wat verderop, de oude hoeve ‘De Drie Waaien’, genoemd naar de drie meertjes die er liggen te glinsteren. Ach hoe schoon en hoe jammer dat kort daarna het feest ophoudt, daar waar in de verte de glimmende pijp van de kernreactor van Dodewaard is te zien. We rijden terug, slaan bij De Tabaksplant linksaf de drukke weg weer op en gaan iets verderop, bij het tweede naambord van Afferden, het dorp in. We passeren stokoude hoog gelegen hoeven en bekijken de nu 100 jaar oude imposante RK-kerk, waarvan de toren, na een verzakking, nimmer werd afgebouwd. „Toen de katholieken rond 1800 hun vroegere kerken terugkregen, konden ze er meestal niets meer mee doen", zegt Van Os. „Het handjevol protestanten dat er tot die tijd de diensten volgde, gebruikte alleen het koor en liet de rest van de kerk aan zijn lot over. Die verviel of stortte zelfs in een paar dorpen in. In veel gevallen bouwden de katholieken een nieuwe kerk. Het oude gebouw werd afgebroken, met uitzondering van de toren die vaak van de gemeente is. Zo ook in Afferden, waar de nieuwe kerk, die verderop werd gebouwd overigens maar kort bleef staan en in 1891 door de huidige is vervangen." Boek In het dorp hebben o.a. forensen de plaats ingenomen van mandenmakers en tabakskwekers. We rijden i door de Kerkweg, met veel nieuwbouw en belanden dan op Het Hoog: een pleintje bij het kerkhof met de toren van de vroegere j; kerk. „Een van de oudste i torens van Gelderland”, zegt Van Os. „12-e eeuw.” Hij kan het weten. Half november ver- j schijnt er een boek van zijn hand over Afferden met tal van bijzonderheden over kerk en plaats. Het kost ƒ29,50 (maar er komt nog porto bij) en kan worden besteld bij J.A. Jansen van de historische vereniging Tweestromenland in Wijchen. In zijn boek verhaalt Van Os ook van dat mysterieuze grafkruis uit 1543 op het kerkhof, tussen de toren en de buitenmuur. We lopen er heen. Er | staan gotische letters 1 op en er is een winkelhaak te zien. „Dat wijst erop dat de man, een zekere Wyllem Roest, timmerman was”, zegt van Os, „of lakenhandelaar. In elk geval iemand met geld. Zo'n kruisje, met letters en afbeelding erop was duur. Er is hier geen tweede te vinden.
Geborgen tussen drie glinsterende meertjes en hoge bomen (sommige met bloesem) ligt er de 19-e eeuwse hoeve ‘De Drie Waaien’ te pronk. Een vredig tafereel, voortgekomen uit de wrede tijd toen dijkdoorbraken hier al die meertjes (waaien) achterlieten. (Foto Röbert Lantos)
Reacties
Een reactie posten