Soms voel ik me klein tussen alles wat moet, alles wat is, alles wat mensen van mij denken. Dan denk ik: ik red het niet. Maar toch… elke keer dat ik dreig te vallen, is daar die zachte kracht die mij weer opraapt. Alsof Iemand zegt: “Ik was er al voordat jij jezelf kende.” Ze kunnen me afwijzen, ze kunnen mij vergeten, ze kunnen mijn fouten tellen — maar Hij telt mijn tranen. En dat is genoeg. Want ik weet: zelfs als ik Hem loslaat, laat Hij mij niet los. Hij wandelt met mij als niemand kijkt. Hij fluistert als ik bid zonder woorden. Hij draagt me als mijn benen niet meer willen. Ik ben geen heilige. Ik ben geen engel. Ik ben gewoon een mens — met spijt, hoop, verlangen. Maar ik ben ook een kind van het Licht. En dat zal ik altijd zijn. Dus ik zing, ik zucht, ik leef, ik faal, ik bid, ik lach, maar ik weet diep vanbinnen: Ik ben niet alleen. Nooit geweest ook. En als jij dit leest, en je voelt het niet meer, weet dan: Hij heeft ook jou nooit vergeten. --- Voor wie struikelt, maa...